Ons hele team wacht met spanning af tot we de deuren weer mogen openen om jullie te verwelkomen bij dè sportschool van het Westland. Via ons blog gaan we in ieder geval gewoon weer verder waar we waren gebleven, namelijk deel twee van de serie ‘de wetenschap achter voedingsadvies’. In het vorige blog heb ik al wat meer toegelicht waarom er zoveel tegenstrijdige berichten circuleren. Dat sloot ik af met het feit dat voedingsonderzoek lastig uit te voeren en te interpreteren is. Daar wil ik vandaag wat meer over vertellen.
Wat maakt voedingsonderzoek zo lastig?
Hoe weet je nu welke voedingsstof, -stoffen of combinaties van voedingsstoffen er goed voor je zijn? Dit is heel lastig te bepalen. Allereerst, je eet geen losse stoffen, maar hele producten. Bij medicijnonderzoek zou je de ene groep een pil met de nieuwe stof kunnen geven en de andere groep een pil zonder de nieuwe stof. Dit zou voor de mensen vrij gemakkelijk vol te houden zijn en eventuele veranderingen kun je gemakkelijk aan die stof toeschrijven. Bij voeding is dat een stuk lastiger. Want je kunt niet zeggen ik laat de ene groep iedere dag spruitjes eten en de andere groep niet. Want stel je vindt een effect, komt dat effect dan door een bepaalde stof in de spruitjes, is het de combinatie van stoffen, heeft het te maken met de extra energie die de groep heeft binnen gekregen of ligt het aan de koolhydraten of vezels uit de spruitjes?
Ook praktisch is het lastig, want stel je eens voor dat je een jaar lang iedere dag spruitjes zou moeten eten. Persoonlijk moet ik er niet aan denken! Ook is het soms niet eens toegestaan om bepaald onderzoek te doen. Stel, je wilt onderzoek doen naar het effect van alcohol op baby’s en de ontwikkeling van de hersenen later in het leven. Baby’s bewust aan gevaar blootstellen zou nooit worden toegestaan.
Daarnaast verschillen mensen onderling ook behoorlijk. Zo hebben mannen en vrouwen andere behoeftes, zijn er verschillen in aanleg en verschillen jongeren van ouderen. Ook begrijpen we de invloed van de omgeving steeds meer. Zo zie je maar, er zijn heel erg veel dingen waar je rekening mee moet houden.
Welke soorten onderzoek zijn er?
Naast de bovengenoemde redenen die voedingsonderzoek lastig maken, zijn er ook nog de soorten onderzoek zelf die het soms lastig kunnen maken. Ieder soort onderzoek heeft namelijk zijn voor- en nadelen. Ook heeft niet iedere soort onderzoek dezelfde bewijskracht. Dit maakt het niet altijd even makkelijk om de resultaten te kunnen interpreteren. Hieronder zal ik wat voorbeelden van soorten onderzoek geven. Van ieder van die soorten onderzoek heb je ook weer variaties.
Waarschijnlijk heb je weleens voorbij horen, of zien, komen dat kurkuma tegen kanker zou helpen. Echter, de onderzoeken waar deze uitspraken vaak op gebaseerd zijn, zijn veelal reageerbuisonderzoeken en dierstudies. Dit soort onderzoeken geeft vooral aanleiding tot extra onderzoek of geeft inzicht in bepaalde mechanismen. Wanneer je kurkuma door je eten doet bijvoorbeeld, dan moet dit eerst nog verteerd worden en in het lichaam worden opgenomen. Daarnaast reageert een cel in een reageerbuis lang niet altijd op dezelfde manier als een cel in het lichaam. En, het mensenlichaam reageert ook lang niet altijd hetzelfde op bepaalde stoffen als een dierenlichaam. Vooralsnog is er geen bewijs dat het eten van kurkuma of het slikken van kurkumasupplementen helpt bij de behandeling van kanker (1).
Vervolgens is er ook observationeel onderzoek. De naam zegt het al hierbij observeren onderzoekers een groep mensen zonder iets aan te passen. Vervolgens gaat men op zoek naar eigenschappen van mensen die meer of minder voorkomen bij mensen met een ziekte. Dit zegt niets over de oorzaak en gevolg, maar toont wel verbanden aan. Een mooi recent voorbeeld hiervan komt uit de eerste coronagolf. Toen bereikten ineens veel berichten de media dat mensen met overgewicht vaker ernstig ziek werden van corona dan mensen met een normaal gewicht (2,3). Door deze observatie kwamen we erachter dat er een verband is tussen overgewicht en een ernstiger ziektebeeld door corona. Dit is ook direct een mooi voorbeeld dat dit soort onderzoek geen oorzaak-gevolg relatie aantoont. Je krijgt immers geen corona van overgewicht en ook geen overgewicht van corona ????.
Een onderzoeksoort met nog meer bewijskracht is zogenaamd experimenteel onderzoek. Hierbij passen onderzoekers iets aan, bijvoorbeeld een voedingspatroon, en houden ze de rest zoveel mogelijk gelijk. Zo kun je met redelijke zekerheid zeggen dat die aanpassing de reden is van hetgeen je hebt gevonden.
Een leuk voorbeeld van een interessant onderzoek wat dit heeft toegepast komt uit 2019 (4). In dit onderzoek deden twintig personen mee (dit onderzoek geeft dus aanleiding tot verder onderzoek met een grotere groep deelnemers). Zij kregen van de onderzoekers 14 dagen lang eten voorgeschoteld dat ultrabewerkt was (denk hierbij aan frisdranken, snoepgoed, bewerkt vlees enzovoorts. En, 14 dagen eten voorgeschoteld dat onbewerkt was (denk hierbij aan verse groenten, onbewerkt vlees, rijst enzovoorts). De volgorde van welk eten ze eerst 14 dagen kregen was willekeurig. De samenstelling van het eten, zoals de hoeveelheid energie, eiwitten, koolhydraten en vetten was exact gelijk tussen de twee voedingspatronen. Vervolgens mochten de deelnemers zelf beslissen hoeveel ze aten en wat bleek, mensen aten spontaan zo’n 500 calorieën per dag meer van het ultrabewerkte voedsel. Dit geeft dus een hele sterke aanwijzing dat ultrabewerkt voedsel ervoor zorgt dat je onbewust meer eet.
Onderzoeken met de allergrootste bewijskracht zijn zogenaamde meta-analyses en systematische reviews. Een los onderzoek zegt niet alles. Er bestaat bijvoorbeeld altijd een kans dat de resultaten die je hebt gevonden een toevalstreffer waren. Een systematische review kijkt naar alle onderzoeken op een bepaald gebied en legt de uitkomsten hiervan naast elkaar. Op basis van de uitkomsten van de verschillende onderzoeken wordt dan een conclusie getrokken. Een meta-analyse gaat nog een stapje verder. Hier wordt namelijk alle gegevens die in de verschillende onderzoeken zijn verzameld bij elkaar genomen, en dan nog een keer geanalyseerd. Op basis van al deze gegevens wordt dan een conclusie getrokken (5). Voedingsadviezen en -richtlijnen worden zoveel mogelijk op basis van deze laatste twee soorten onderzoeken opgesteld. Daarover meer in de volgende blog.
Wil je meer lezen over de verschillende soorten onderzoek, kijk dan eens op deze pagina van het Voedingscentrum.
Auteur:
ir. Pascal de Brabander, diëtist
Bronnen:
(afbeelding) Bell R. Voeding voor jouw doelstelling deel 8: dieet kwaliteit [Internet]. Bell Coaching 2017 [Geraadpleegd 22 januari 2021] beschikbaar via https://bell-coaching.com/voeding/voeding-voor-jouw-doelstelling-deel-8-dieet-kwaliteit/
(1) Voeding en Kanker Info. Helpt kurkuma bij de behandeling van kanker? [Internet]. Voeding & Kanker info 2021 [Geraadpleegd 25 januari 2021] beschikbaar via https://www.voedingenkankerinfo.nl/kurkuma-werkzaam-bij-de-behandeling-van-kanker/
(2) Nu.nl. 80 procent van coronapatiënten op ic kampt ook met overgewicht [Internet]. Nu.nl 2020 [Geraadpleegd 25 januari 2021] beschikbaar via https://www.nu.nl/coronavirus/6040891/80-procent-van-coronapatienten-op-ic-kampt-ook-met-overgewicht.html
(3) van Santen H. Cijfers bevestigen: veel coronapatiënten op IC hebben overgewicht [Internet]. NRC 2020 [Geraadpleegd 25 januari 2021] beschikbaar via https://www.nrc.nl/nieuws/2020/04/10/cijfers-bevestigen-veel-coronapatienten-op-ic-hebben-overgewicht-a3996512
(4) Hall KD., Ayuketah A., Brychta R., Cai H., Cassimatis T., Chen KY. Ultra-Processed Diets Cause Excess Calorie Intake and Weight Gain: An Inpatient Randomized Controlled Trial of Ad Libitum Food Intake. Cell Met. 2019;30(1):67-77. DOI: 10.1016/j.cmet.2019.05.008
(5) Voedingscentrum. Voedingswetenschap: soorten onderzoek uitgelegd [Internet]. Voedingscentrum 2021 [Geraadpleegd 25 januari 2021] beschikbaar via https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/voedingswetenschap-soorten-onderzoek-uitgelegd.aspx